Klimaatcrisis. Hyperkapitalisme. Globalisering. Wat zeggen de kinderen van vandaag over pakweg vijftig jaar? Hoe vinden zij dat wij met deze uitdagingen zijn omgegaan? Hebben wij de bedreigingen en kansen goed ingeschat? Zijn wij op de juiste manieren in actie gekomen? Hebben wij hen goed voorbereid op hun toekomst?

"We zijn niet de baas. Het idee dat wij als mensen boven en buiten de natuur staan past niet meer. We stikken letterlijk als we blijven focussen op oneindige groei. De logica van dominantie over de natuur moet plaatsmaken voor een nieuw, groot cultureel verhaal: van co-existentie. We leven in een tijd van revolutie. Argumenten helpen niet, ervaringen wel. Kinderen hebben het vermogen om anders te denken. En dat is hard nodig. We hebben geen andere optie."

Philipp Blom, historicus, schrijver en filosoof


Lees hier het verslag van de dialoogsessie met Philipp Blom en Paul Verhaeghe. Vanwege de AVG is het niet mogelijk videobeelden van deze sessie in dit magazine op te nemen.

'Train de mogelijkheidszin'

Wat hebben kinderen nodig om op te groeien in de wereld van straks? Verbeeldingskracht kan ons redden, denken historicus, schrijver en filosoof Philipp Blom en hoogleraar klinische psychologie Paul Verhaeghe. Zij pleiten voor 'een nieuw verhaal', dat we samen met kinderen moeten gaan maken. Een verhaal waarin niet dominantie ván maar coöperatie mét de natuur het vertrekpunt is.

Verhaeghe stelt dat er drie aspecten nodig zijn om een mens veilig op te laten groeien. Ten eerste een veilige, voorspelbare en warme kindertijd. "Dat geeft enerzijds de autonomie om op eigen pootjes te staan en anderzijds de kunst om sociaalvoelend naar een ander uit te reiken. Dat moet in evenwicht zijn en vereist een forse investering, in zorgverlof en professionele kinderopvang."

Daarnaast pleit Verhaeghe -- net als Blom - voor een nieuw verhaal: "Een nieuw en groot verhaal dat vertelt dat we onderdeel zijn van de natuur en niet de overheerser."

Het derde en laatste is dat we onze kinderen - en onszelf - moeten trainen in het onderscheiden van echt en fake. "Anno 2021 is alle kennis beschikbaar. Maar wat is echt, met welk verhaal gaan we mee?"

Het nieuwe verhaal

Wie denkt dat een verhaal maar een verhaal is, komt bedrogen uit. Filosoof en schrijver Blom: "Ja, verhalen zijn fictie, maar vergeet niet: ze hebben een reële consequentie. Als wij onszelf het verhaal vertellen dat de mens de heerser is en boven de natuur staat, heeft dat effect op hoe wij met de wereld omgaan. En we weten: alle ingrepen hebben consequenties, we zijn een symbiotisch organisme. Daarom moeten we een ander verhaal schrijven." Verhaeghe: "Dat schrijven gaat alleen veel te traag. Slechts langzaam sijpelt door dat we geen controle hebben, dat we schade toebrengen. Er is geen tijd meer te verliezen."

'Kinderen denken nog niet in sjablonen'

Blom ziet het als een filosofische uitdaging om op een intelligente en empathische manier onze plek in het systeem te vinden, zonder het kapot te maken. "Los van denken over heerschappij en uitbuiting, maar op weg naar noodzakelijke coöperatie. Het individu bestaat niet. We maken de fout om te denken in winnaars en verliezers, terwijl we juist moeten inzetten op uitwisseling. Geven en krijgen bepaalt onze identiteit."

Kampioen verbeeldingskracht

Verhaeghe en Blom zijn het met elkaar eens dat kinderen kampioen verbeeldingskracht zijn, en juist dat is wat we nodig hebben. Maar hoe komt het dat we dat als volwassenen kwijtraken? Is dat fysiologisch bepaald of wordt het ons afgeleerd?

Verhaeghe denkt dat we het afleren in het onderwijs. "We leren te denken in sjablonen omdat die ons helpen problemen op te lossen. Kinderen denken nog niet in sjablonen." Blom voert op dat het ook met de ontwikkeling van de hersenen te maken heeft en pleit voor meer onderzoek. "Ook de wetenschap is in onderdelen opgesplitst, terwijl het juist zo van belang is dat we systemen onderzoeken, in samenhang."

Intellectuele val

Het nieuwe verhaal moet volgens de twee samen met onze kinderen geformuleerd worden. Blom: "Kinderen zijn als geen ander in staat om te experimenteren, om een nieuw verhaal 'aan te trekken', net zoals zij zich kunnen verkleden. Die verbeeldingskracht hebben we als volwassenen vaak verloren, gewend als we zijn aan het 'normaal'. Dit is een intellectuele val, waar we met z'n allen in zitten. Want dat 'normale' is ook maar een toevalligheid, het had ook allemaal anders kunnen lopen. De grootste valkuil is dat we allemaal denken dat we normaal zijn; echter mijn normaliteit is de abnormaliteit van de ander. En andersom. Normaliteit is een fictie."

Ziek van selectie

Maar hoe kunnen wij vanuit onze dagelijkse praktijk als (professionele) opvoeders bijdragen aan dat nieuwe verhaal? Verhaeghe geeft daar een onconventioneel en simpel antwoord op: "Halveer de onderwijstijd. In drie uur per dag kun je dat cognitieve deel makkelijk kwijt. Ga die andere drie uur naar buiten. De wereld in, de natuur ontdekken, jezelf ontdekken, spelenderwijs sociale vaardigheden leren. Buiten kijken we ook minder naar die etiketten."

'We voeden mensen op voor een wereld die we nog niet kennen'

"Buiten zijn handen en hersenen even belangrijk", stelt ook Blom. "In een sociale groep - die een klas is - leer je met elkaar en van elkaar. En dat gaat buiten beter dan in een klaslokaal."

Dat we dit nog niet massaal doen komt volgens Blom en Verhaeghe omdat we gewoontedieren zijn. "Daarom is er een nieuw verhaal nodig, opdat we tradities en gewoontes kunnen losmaken, opdat we ons kunnen losweken van het patriarchale top-downsysteem dat het onderwijs nog steeds is."

En stop alsjeblieft met dat eindeloze testen, voegt Verhaeghe daaraan toe: "Met de beste bedoelingen hoor, maar met al dat testen selecteren we uitsluitend op economische potentialiteit, naar de rest kijken we niet meer. Terwijl we letterlijk ziek worden van selectie. Net zo goed op scholen als op de arbeidsvloer."

Mogelijkheidszin

Blom pleit voor het trainen van de 'mogelijkheidszin': "We voeden mensen op voor een wereld die we nog niet kennen. Alles zal volslagen anders worden. We moeten kinderen -- en onszelf- daarom leren om in mogelijkheden te denken. Iets lukt niet, hoe vind ik dan een andere weg? Kun je buiten de bestaande kaders en patronen kijken? Kunnen we de rijkheid achter onze conditionering ontdekken? Die mogelijkheidszin versterken we onder andere met praktisch leren, door ervaring, met verhalen. En met rust. Mensenkinderen moeten de kans krijgen om, rustend in zichzelf, moeilijkheden aan te gaan."

Meer weten?

Bekijk deze bijdragen uit het ochtendprogramma van 'Raising the Future'. Let op: links openen in een nieuw venster.

GA TERUG

Colofon

‘Raising the Future’ is een initiatief van KINDwijzer, een landelijk netwerk van toonaangevende maatschappelijke kinderopvangorganisaties. Dit magazine is - in nauwe samenwerking met KINDwijzer en Bureau &MAES - samengesteld door het volgende mediateam van Magazine on the Spot:

Redactiecoördinator: Eric Went
Teksten en videoproducties: Karlijn Broekhuizen, Marijn Kramp, René Lamers, Walter van Polanen, Saskia Ridder
Techniek en vormgeving: Loek Weijts

Met dank aan: Petra Janssen en Ruth de Waal (KINDwijzer), Jorn Matena en Maike van Warmerdam (Bureau &MAES) en Eli Vlessing (Bourne-design).